‘Als je op tijd vertrekt, hoef je niet te racen’, zo luidde het ludieke filmpje dat het bedrijf Picnic op haar Facebookpagina plaatste. In die reclame acteerde een jongen die sprekend op Max Verstappen leek en in een bezorgbusje van Picnic stapt, nadat hij langs een wagen van Jumbo loopt.
Het management van Max Verstappen kon de actie niet waarderen en spande een rechtszaak tegen Picnic aan. De inzet? € 350.000 schadevergoeding, omdat inbreuk wordt gemaakt op de ‘verzilverbare populariteit’ van Max Verstappen.
In de auteurswet staat dat je op kunt komen tegen het gebruik van je portret indien je daar geen toestemming voor hebt gegeven en je een ‘redelijk belang’ hebt om je tegen publicatie daarvan te verzetten. Dat redelijke belang kan bestaan uit een inbreuk op je ‘persoonlijke levenssfeer’, maar het kan ook bestaan uit een ‘commercieel belang’. Sommige BN’ers hebben namelijk zoals dat heet een ‘verzilverbare populariteit’. Hun portret is geld waard en zij hoeven niet toe te laten dat derden beschikken over hun portret en daar ongerechtvaardigd (commercieel) voordeel uithalen.
Hoewel die reclames vaak leuk zijn opgezet en humoristisch zijn bedoeld, weegt het belang van de BN’ers over het algemeen zwaarder. Zo hebben onder andere Katja Schuurman en ook Louis van Gaal in het verleden met succes opgetreden tegen bedrijven die een lookalike inschakelden.
Interessant om te vermelden is dat BN‘ers niet kunnen optreden tegen het gebruik van hun portret indien hun een redelijke vergoeding wordt aangeboden voorafgaand aan de publicatie van hun portret. Die vergoeding was Max Verstappen echter niet aangeboden.
Max verstappen kan volgens de rechtbank Amsterdam aanspraak maken op een schadevergoeding, bestaande uit een ‘redelijke vergoeding’, maar de hoogte daarvan staat nog niet vast. Een sportmarketingbureau heeft namelijk in opdracht van Max Verstappen een rapport uitgebracht en de schade begroot op € 350.000,-, als zijnde het bedrag dat Max Verstappen had kunnen bedingen.
Picnic heeft zich verweerd met de stelling dat voornoemd bureau ook in opdracht handelt van Red Bull, de hoofdsponsor van Max Verstappen, waardoor dit bureau niet als onafhankelijk deskundige kan worden beschouwd. Dit verweer van Picnic slaagt en het onderzoek kan, aldus de rechtbank, niet tot onderbouwing van de schade leiden.
Het is nu aan de partijen om te onderbouwen welke vergoeding Max Verstappen in redelijkheid zou hebben kunnen bedingen indien hij zijn toestemming aan het gebruik van zijn portretrecht door Picnic zou hebben verleend. Daarbij dient, aldus de rechtbank, rekening te worden gehouden met (a) de wijze waarop de publicatie op internet heeft plaatsgevonden, (b) de timing daarvan en (c) de beperkte duur van de publicatie op internet door Picnic. Morgen (18 oktober 2017) staat de zaak op de rol, en dient Max Verstappen zich hierover te hebben uitgelaten. Picnic heeft vervolgens tot 29 november 2017 om te antwoorden.
Gezien het motto van Picnic, verwacht ik dat zij hun antwoord op tijd zullen afhebben.
Wilt u doorpraten over dit onderwerp en meer weten over wat wij voor u kunnen betekenen?
Neem dan contact op met:
mr. H. Bethlehem (Bout)
050-3140840