Het medisch tuchtrecht heeft als doel om de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de gezondheidszorg op peil te houden. Het tuchtrecht heeft twee functies. Ten eerste het bevorderen van het lerend vermogen van de sector. Ten tweede het corrigeren van disfunctionerende beroepsbeoefenaren en hen zo nodig uitsluiten van de beroepsuitoefening.
In 2019 heeft een groot aantal wijzigingen in het tuchtrecht plaatsgevonden. De wijzigingen houden onder andere in dat de tuchtrechter de mogelijkheid heeft om de beroepsbeoefenaar een breed beroepsverbod op te leggen; dat de inspectie aan een beroepsbeoefenaar een last tot onthouding van beroepsactiviteiten kan opleggen; dat er voor de klager na indiening van de klacht nog de mogelijkheid is die te wijzigen; dat de tweede tuchtnorm is uitgebreid; dat het tuchtcollege een tucht-klacht gegrond kan verklaren zonder een maatregel op te leggen; en dat er een griffierecht is ingevoerd.
In deze evaluatie onderzoeken we hoe het tuchtrecht functioneert sinds de wetswijziging in 2019. We zijn in november gestart met twee oriënterende groepsbijeenkomsten: één met beroepsgroepen en één met tuchtcolleges en de IGJ. De komende maanden zullen we een groot aantal interviews uitvoeren, waaronder met voorzitters en leden van tuchtcolleges, tuchtklachtfunctionarissen, inspecteurs, het Landelijk Meldpunt Zorg en gesprekken met klagers en beklaagden. Daarnaast onderzoeken we in hoeverre de route van het strafrecht naast het tuchtrecht wordt bewandeld, door een interview met het Openbaar Ministerie. Aanvullend vindt documentstudie plaats, waaronder de bestudering van jaarverslagen.
Het onderzoek zal in het najaar van 2025 worden afgerond.